Skip to main content

VE.Bus BMS NG

5. Bewaking en bediening

5.1. Belangrijke waarschuwing

Waarschuwing

Lithium-accu’s zijn duur en kunnen beschadigd raken door te veel ontladen of te veel laden.

De uitschakeling door het BMSdoor lage celspanning moet steeds als laatste redmiddel gebruikt worden om steeds veilig te zijn. We bevelen aan om het niet zo ver te laten komen en in plaats hiervan ofwel het systeem automatisch uit te schakelen, na een bepaalde laadstatus via de BMS-ontlaadlimiet zodat er steeds voldoende reservecapaciteit in de accu zit, of via de remote aan/uit poort van het BMS te gebruiken als een systeem aan/uit-schakelaar.

Schade door te diepe ontlading kan optreden als kleine belastingen (zoals alarmsystemen, relais, slaapstand van bepaalde belastingen, retourstroom van acculaders of laadregelaars) de accu langzaam ontladen als het systeem niet in gebruik is.

In geval van twijfel over mogelijke reststroom afgifte moet de accu geïsoleerd worden door de accuschakelaar te openen, de accuzekering(en) te trekken of de accuplus los te koppelen als het systeem niet in gebruik is.

Een resterende ontlaadstroom is vooral gevaarlijk als het systeem volledig is ontladen en er een uitschakeling door lage celspanning heeft plaatsgevonden. Na uitschakeling als gevolg van een lage celspanning, blijft er een capaciteitsreserve van ongeveer 1 Ah per 100 Ah in de accu achter. De accu raakt beschadigd als de resterende capaciteitsreserve uit de accu wordt getrokken, bijvoorbeeld een reststroom van maar 10 mA kan een 200 Ah-accu beschadigen als het systeem meer dan acht dagen in een ontladen toestand wordt gelaten.

Onmiddellijke actie (opnieuw laden van de accu) is vereist als een uitschakeling door lage celspanning heeft plaatsgevonden.

5.2. Bewaken en besturen met VictronConnect

De accu en BMS worden bewaakt en bestuurd met de VictronConnect-app.

VictronConnect heeft drie pagina's voor dit doel: een statuspagina, een accupagina en een geschiedenispagina. De individuele parameters worden onderaan uitgelegd.

Statuspagina:

De statuspagina geeft informatie over de huidige accu en BMS-status.

  • Laadstatus: Toont het acculaadniveau in procent.

  • Modus: Toont de systeemstatus (Aan of Uit) en maakt het mogelijk het systeem uit te schakelen met een tik.

  • ATC - Toegestaan om te laden: Toont de BMS-status voor Toegestaan om te laden. Redenen waarom de status ”Nee" toont zijn de volgende:

    • Accutemperatuur onder 5 °C.

    • Accutemperatuur te hoog.

    • De celspanning van een of meer accu's heeft de drempel voor hoge celspanning bereikt (hardcoded in de accu).

    • Uitgeschakeld via Remote aan/uit-ingang.

  • Toegestaan om te ontladen: Toont de BMS-status voor Toegestaan om te ontladen. Redenen waarom de status ”Nee" toont zijn de volgende:

    • De ingestelde ontlaadlimiet is bereikt.

    • Eén of meer cellen hebben de gecodeerde lage celspanningsgrens bereikt.

    • Uitgeschakeld via Remote aan/uit-ingang.

    Houd er rekening mee dat ”Toegestaan om te ontladen" ”Vooralarm" toont bij een vooralarm.

  • Spanning: De accuspanning zoals gerapporteerd door de accu.

  • Stroom: De accustroom, die momenteel stroomt, zoals gerapporteerd door de accu.

  • Vermogen: Het accuvermogen zoals gerapporteerd door de accu.

  • Verbruikte Ah: Verbruikte Ah sinds laatste volledige laadcyclus.

  • Resterende tijd: De tijd die resteert bij stroomverbruik tot de bepaalde ontlaadlimiet bereikt is.Instellingen van smallBMS NG en Lithium NG accu

VC_Monitoring_Control_1.svg
VC_Monitoring_Control_2.svg

Accupagina:

De accupagina geeft informatie over de geïnstalleerde accubank en geeft meer gedetailleerde informatie over elke individuele accu.

Informatie accubank

  • Status balanceerder: Toont de status van de accubalanceerder. Mogelijke statussen zijn:

    • Onbekend: De huidige status van de balanceerder is onbekend. Redenen hiervoor kunnen de volgende zijn:

      • De accu is al meer dan 30 dagen niet meer volledig opgeladen.

      • De accu is net aan het systeem toegevoegd.

      • Laadstatus is onbekend.

      Start in alle gevallen een nieuwe laadcyclus.

    • Gebalanceerd: Alle accucellen zijn goed in balans.

    • Ongebalanceerd: Er is een onbalans gedetecteerd tussen één of meer accucellen. Start een volledige laadcyclus om de accu in balans te brengen.

    • Balanceren: De accu is momenteel aan het laden en de cellen worden in balans gebracht.

  • Min. celspanning: Toont de laagste celspanning die in de accu gedetecteerd wordt.

  • Max. celspanning: Toont de hoogste celspanning die in de accu gedetecteerd wordt.

  • Min. celtemperatuur: Toont de laagste celtemperatuur die in de accu gedetecteerd wordt.

  • Max. celtemperatuur: Toont de hoogste celtemperatuur die in de accu gedetecteerd wordt.

  • Accu's: Aantal in het systeem geïnstalleerde accu's. Dit wordt automatisch herkend door het BMS.

  • Accucellen: Aantal accucellen in totaal. Dit wordt automatisch herkend door het BMS.

  • Accu's in serie: Aantal accu's aangesloten in een serie-configuratie. Dit wordt automatisch herkend door het BMS.

  • Accu's parallel geschakeld: Aantal accu's die parallel geschakeld aangesloten zijn. Dit wordt automatisch herkend door het BMS.

    Informatie individuele accu

    De onderste helft van de accupagina bevat specifieke informatie over de geselecteerde accu. Als er meer dan één accu geïnstalleerd is, kan de respectievelijke accu geselecteerd worden met de ”Accunummer” keuze..

  • De informatie voor elke individuele accu is: serienummer accu, nominale capaciteit, firmwareversie, accutemperatuur, accuspanning, accustroom, individuele celspanningen.

VC_Monitoring_Control_3.svg

Geschiedenispagina:

De geschiedenispagina toont informatie over de accu in de loop van de tijd sinds de installatie of sinds de geschiedenis voor het laatst is gereset.

  • Diepste ontlading:

  • Cumulatief AH-verbruik:

  • Ontladen energie:

  • Geladen energie:

  • Synchronisaties:

  • Cycli:

  • Laatst volledig geladen:

  • Minimale accuspanning:

  • Maximale accuspanning;

  • Min. celspanning:

  • Max. celspanning:

  • Min. accutemperatuur:

  • Max. accutemperatuur:

VC_Monitoring_Control_4.svg

5.3. LED's, waarschuwingen, alarm- en foutcodes

Het BMS is uitgerust met drie LED’s: de Bluetooth Status-LED, de Fout-LED en de VE.Bus Status LED. Deze geven de huidige bedrijfsmodus evenals de foutmodus aan.

  • Waarschuwings-, alarm- en foutcodes worden gerapporteerd via de VictronConnect-app.

  • Een waarschuwing geeft aan dat er een probleem is. Als het niet wordt verholpen, zal het systeem uitgeschakeld worden. Een alarm geeft de reden voor het uitschakelen van het systeem aan.

VC_Alarm.svg

De volgende tabellen vermelden alle LED, waarschuwing-, alarm- en foutcodes.

Bluetooth Status LED

Omschrijving

Uit

Geen systeemvoeding of Bluetooth is uitgeschakeld in de VictronConnect-app.

Blauw aan

Een Bluetooth apparaat is verbonden.

Blauw knipperend

Bluetooth is actief maar er is geen apparaat verbonden.

Fout-LED

Omschrijving

Uit

Geen waarschuwing/alarm/fout actief.

Rood knipperend

Een waarschuwing is actief.

Rood ingeschakeld

Een alarm en/of fout is actief.

VE.Bus Status LED

Omschrijving

Uit

Als de Multi uit staat, ofwel door een lage celspanning, remote uit of handmatig uitgeschakeld via de schakelaar op het voorpaneel, schakelt het BMS over naar de spaarstand. In deze status blijft het BMS infoframes verzenden, zij het aan een iets lagere frequentie.

In deze spaarstand-modus licht de BMS-status LED niet op om energie te sparen.

Eenmalig knipperen elke 10 seconden

De Multi is ingeschakeld en BMS infoframes worden verzonden.

LED knippert snel

Het BMS zit vast in bootloadermodus. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren na een onderbroken firmware-update. Om dit te herstellen, herstart de update met VictronConnect.

Waarschuwingscodes

Waarschuwingscode VictronConnect

Omschrijving

Instructies / Opmerkingen

W-B01

Lage celspanning

Laad de accu op of verminder de belasting om een dreigende systeemuitschakeling te voorkomen.

W-B05

Communicatie met accu is uitgevallen

Controleer de kabels tussen BMS en accu.

W-B07

Lage laadtoestand

Laad de accu op of verminder de belasting om een dreigende systeemuitschakeling te voorkomen.

Alarmcodes

Alarmcode VictronConnect

Omschrijving

Instructies / Opmerkingen

A-B01

Lage celspanning

Accu opladen. Het systeem zal de belastingen weer inschakelen als de accu voldoende is opgeladen.

A-B05

Communicatie met accu is uitgevallen

Controleer de kabels tussen BMS en accu.

A-B07

Lage laadtoestand

Accu opladen. Het systeem zal de belastingen weer inschakelen als de accu voldoende is opgeladen.

A-B08

Lage bankspanning

Laad accu. Het systeem zal de belastingen weer inschakelen als de accu voldoende is opgeladen.

A-B09

Hoge accutemperatuur

De accutemperatuur is te hoog voor opladen. Probeer de omgevingstemperatuur te verlagen.

Foutcodes

Foutcode VictronConnect

Omschrijving

Instructies / Opmerkingen

E-B01

Accu-configuratie ongeldig

Controleer VictronConnect 'accu'-tabblad voor meer details. Controleer of BMS-kabels van accu's allemaal aangesloten zijn

E-B05

Accu-configuratie ongeldig

Controleer VictronConnect 'accu'-tabblad voor meer details. Controleer of BMS-kabels van accu's allemaal aangesloten zijn.

E-B09

Accuspanning niet toegestaan

De accuspanning is te hoog of te laag. Controleer de accuspanning en controleer de accu-instellingen in de VictronConnect-app.

Deze fout treedt op als de accuspanning buiten alle bereiken voor systeemspanning ligt (9 V > Vbat > 60 V)

E-B11

Hardwarefout

Neem contact op met de Victron leverancier.