Skip to main content

Orion-Tr Smart DC-DC-acculader niet-geïsoleerd

7. Problemen oplossen

In deze sectie:

Raadpleeg dit hoofdstuk in geval van onverwacht gedrag of als een product fout vermoed wordt.

Het juiste probleemoplossings- en ondersteuningsproces is om als eerste de veel voorkomende problemen te raadplegen zoals beschreven worden in dit hoofdstuk.

Raadpleeg, als er problemen zijn met VictronConnect, eerst de VictronConnect-handleiding, in het bijzonder het hoofdstuk probleemoplossing.

Mocht dit het probleem niet oplossen, doorloop dan de populaire vragen en antwoorden met betrekking tot het product en vraag de experts gemeenschap in de Victron Community.Als het probleem blijft aanhouden, neem dan contact op met de leverancier voor technische ondersteuning. Als de leverancier onbekend is, ga dan naar de Victron Energy Support-webpagina.

7.1. De lader start niet op

Met een normaal werkende lader ingeschakeld en operationeel lichten de regelaar LED(s) - controleer de LED-indicatoren - op of knipperen ze en kunnen de laadstatus en accuspanningen via VictronConnect communiceren. Dit is niet mogelijk met een apparaat dat niet inschakelt.

Als het apparaat niet opstart, gebruik dan de volgende stappen om te controleren waarom de lader niet operationeel is.

  1. Controleer op mechanische schade aan de behuizing en ingangs-/uitgangsklemmen.

    Als er mechanische schade is, dan is dit wellicht de oorzaak van het probleem.

  2. Controleer het apparaat op brandsporen en een brandgeur.

    Als er brandsporen zijn, is dit wellicht de oorzaak van het probleem. Houd er rekening mee dat het apparaat ingekapseld is; daarom kan er een geur zijn als het warm/heet wordt tijdens het opladen.

  3. Meet de accuspanning op de accuklemmen met een multimeter om mogelijke problemen met de aansluiting, zekeringen en/of stroomonderbrekers in het pad tussen de accu en de lader uit te sluiten.

    Battery_Voltage_Check_non_iso.svg

    Doe het volgende, afhankelijk van het resultaat van de meting:

    Accuspanning

    Operationele status

    Te ondernemen actie

    Geen spanning

    Uit

    Herstel de accuvoeding:

    - controleer externe zekeringen

    - controleer op losse draden en beschadigde kabels

    - controleer op slecht gekrompen aansluitingen en trek aan de draden.

    Juiste spanning

    Uit

    Er kan een fout in de lader zitten.

    Neem contact op met de Victron-leverancier of -distributeur.

    De lader werd per ongeluk aangesloten met omgekeerde accupolariteit (raadpleeg Polariteitcontrole vóór het aansluiten van de accu, niet gedekt onder garantie). Vervang de lader.

    Juiste spanning

    Uit omdat de remote-link niet aangesloten is

    Herstel de remote link:

    De minimale vereiste voor de remote aan/uit aansluitklem is een draadlus tussen de L- en H-pennen.

    Als een BMS de remote aan/uit regelt, zorg er dan voor dat deze aansluiting werkt zoals beschreven inAansluiten remote aan-/uit-functie.

7.2. De accu laadt niet

Er zijn een aantal redenen waarom de Orion Smart de accu's mogelijk niet oplaadt. De volgende stappen zijn om te helpen bij het problemen oplossen en corrigerende maatregelen.

Redenen waarom de accu niet laadt zijn de volgende:

  • Problemen met de accu of de systeembedrading

  • Onjuiste instellingen, zoals accu-instellingen, vergrendeling ingangsspanning en motoruitschakelingsdetectie

  • Een BMS of ander apparaat regelt remote de Orion Smart via de remote aan/uit-functie

  • Indien niet geregeld door de remote aan-/uit-functie mist de draadlus tussen de L- en H-pen

  1. Controleer eerst of de VictronConnect-app op de statuspagina toont waarom de lader uitgeschakeld is.

    Dit kan het geval zijn omdat de remote ingang inactief is, de lader uitgeschakeld is in de accu-instellingen omdat vergrendeling ingangsspanning en/of motoruitschakeling gedetecteerd werd.

    VictronConnect-bericht

    Te ondernemen actie

    Remote ingang inactief

    Raadpleeg de Aansluiten remote aan-/uit-functie en controleer de bedrading.

    Controleer of het klemmenblok voor de remote aan-/uit-functie aangekoppeld is.

    Controleer op verbinding als er een draadlus of enkele schakelaar gebruikt wordt tussen L- en H-pen.

    Als een BMS de remote ingang regelt, zorg er dan voor dat de ATC-aansluiting werkt.

    Uitgeschakeld in de instellingen

    Schakel de lader in de accu-instellingen in.

    Vergrendeling ingangsspanning

    Raadpleeg stap 3.

    Motoruitschakeling gedetecteerd

    Raadpleeg stap 4.

  2. Controleer de accubedrading op beschadigde kabels, losse aansluitingen, slechtgekrompen aansluitingen of een gesprongen accuzekering.

    Zijn de draden op de juiste lengte gestript en vastgedraaid met het juiste aandraaimoment?

    Wat controleren

    Te ondernemen actie

    Worden de juiste kabels gebruikt en zijn de draden gestript op de juiste lengte, vastgedraaid met het juiste aandraaimoment en maken ze goed contact met de plug/klemmen?

    Raadpleeg Aanbevolen aandraaimoment en Aanbevelingen voor kabels en zekeringen.Aanbevolen aandraaimoment

    Zijn er brandplekken op de klemmen of zijn kabels of connectoren gesmolten?

    Vervang het apparaat. Deze schade wordt meestal niet door de garantie gedekt.

  3. Controleer de accu-instellingen in de VictronConnect-app.

    Onjuiste accu-instellingen kan veroorzaken dat de lader voortijdig omschakelt naar absorptie of druppelladen. De accu is dan niet volledig opgeladen.

    Beschrijving/symptoom

    Te ondernemen actie

    De accu wordt niet volledig opgeladen.

    Controleer de absorptiespanning in de accu-instellingen en zorg ervoor dat de spanning ingesteld is op de waarden die de fabrikant aanbeveelt. Raadpleeg Acculaadmodus - accu-instellingen.

    Zorg ervoor dat laadmodus ingeschakeld is in de instellingen. De voedingsmodus volgt geen laadalgoritme en de uitgangsspanning kan te laag ingesteld zijn.

    De accu raakt niet volledig opgeladen maar de vergrendeling ingangsspanning is ingeschakeld en de ingangsspanning ligt onder de vergrendelingswaarde.

    Dit wordt vergezeld door het bericht ”Laden is uitgeschakeld door: Vergrendeling ingangsspanning" op de statuspagina in de VictronConnect-app.

    Zorg ervoor dat de ingangsspanning boven de herstartwaarde ligt of schakel de vergrendeling ingangsspanningsfunctie uit in de instellingen. Raadpleeg Acculaadmodus.

    VictronConnect toont een uitgangsspanning die hoger ligt dan die van de geladen accu, zoals gemeten met een accubewaker of DMM.

    In het algemeen is de spanning, gemeten bij de uitgang van de lader, steeds hoger dan die van de accu, aangesloten op die uitgang zolang een hoge stroom vloeit.

    Een slechte aansluiting echter tussen de uitgang en de accuklem kan leiden tot hetzelfde symptoom. Controleer stap 2 opnieuw en zorg voor de laagst mogelijke weerstand voor alle aansluitingen.

  4. Controleer de instellingen voor motoruitschakelingsdetectie in de VictronConnect-app.

    Onjuiste instellingen voor motoruitschakelingsdetectie kunnen tot gevolg hebben dat de accu niet geladen wordt.

    Beschrijving/symptoom

    Te ondernemen actie

    De accu laadt niet omdat de startspanningswaarde te hoog is voor het geselecteerde dynamotype (bereikt nooit deze spanning).

    Dit wordt vergezeld door het bericht ”Laden is uitgeschakeld door: Motoruitschakeling gedetecteerd" op de statuspagina in de VictronConnect-app.

    Verlaag de startspanning en zorg ervoor dat de dynamo het ondersteunt. Raadpleeg Instellen detectie motoruitschakeling met VictronConnect.

    De accu is niet volledig geladen omdat de uitschakelingspanning te hoog ingesteld is en lader te vroeg stopt met laden.

    Dit wordt vergezeld door het bericht ”Laden is uitgeschakeld door: Motoruitschakeling gedetecteerd" op de statuspagina in de VictronConnect-app.

    Verhoog de waarde van de uitschakelspanning. Raadpleeg Instellen detectie motoruitschakeling met VictronConnect

7.3. Problemen met Bluetooth-verbinding op VictronConnect

In de normale status knippert de blauwe Bluetooth LED elke 0,8 seconden als er een aansluiting is tussen de VictronConnect-app and de Orion-Tr Smart DC-DC-acculader. Raadpleeg de LED-indicatoren rubriek en kom meer te weten over de betekenis van de verschillende LED-codes.

Indien niet, controleer dan het volgende:

Blauwe LED-status

LED-duur

Te ondernemen actie

Uit

-

Geen ingangsspanning: De Bluetooth-regelaar wordt aangedreven door de met de ingangsklemmen verbonden accu. Herstel de accuvoeding.

Bluetooth werd uitgeschakeld in de VictronConnect-instelling: Dit kan niet ongedaan gemaakt worden. We bevelen aan Bluetooth altijd ingeschakeld te houden.

De Bluetooth-optie "30 seconden ingeschakeld" werd geselecteerd op de productinformatiepagina. Dit betekent dat Bluetooth gedurende 30 seconden actief is na het opstarten van de Orion. Na 30 seconden schakelt Bluetooth uit tot de volgende keer opstarten. De ingangskabel van de accu ontkoppelen en opnieuw aan te sluiten. Sluit dan binnen 30 seconden aan op de Orion via VictronConnect en stel de Bluetooth-optie in op 'ingeschakeld'.

Als geen van het bovenstaande van toepassing is, kan de eenheid defect zijn; dien dan een garantieclaim in.

Knipperend

Elke 0,8 seconden

Er is reeds een Bluetooth-aansluiting actief. Er kan slechts één telefoon of tablet tegelijk verbinding maken via Bluetooth. Is er misschien al een andere telefoon of tablet aangesloten? Een duidelijke indicator hiervan is dat de Orion zichtbaar is in VictronConnect maar grijs gemaakt.

Raadpleeg, voor alle andere aansluitingsproblemen, de VictronConnect-handleiding voor probleemoplossing van Bluetooth aansluitingsproblemen.

7.4. Foutcodes

De foutcodes worden weergegeven inde VictronConnect-app.

Raadpleeg voor de meest recente versie van deze lijst de volgende link: https://www.victronenergy.com/live/mppt-error-codes.

Fout 2 - Accuspanning te hoog
  • Deze fout zal automatisch herstellen nadat de accuspanning is gedaald. Deze fout kan voorkomen door andere met de accu verbonden laadapparatuur of bij een fout in de laadregelaar.

Fout 26 - Klem oververhit
  • Voedingsklemmen zijn oververhit; controleer de bedrading, inclusief het type bedrading en het type draden en/of draai indien mogelijk bouten vast.

    Deze fout wordt automatisch hersteld.

Fout 27 - Lader kortsluiting
  • Deze toestand duidt op een te hoge stroom aan de accuzijde. Dit kan gebeuren als een accu met de eenheid verbonden is via een magneetschakelaar. Of in geval de lader opstart zonder een verbonden accu maar verbonden met een omvormer met een grote ingangscapaciteit.

    Deze fout wordt automatisch hersteld. Als de fout niet automatisch wordt hersteld, koppel dan de laadregelaar los van alle stroombronnen, wacht 3 minuten en start het weer opnieuw op. Als de fout blijft, is de laadregelaar waarschijnlijk defect.

Fout 116 - Kalibratiegegevens verloren
  • Als de unit niet werkt en fout 116 verschijnt als de actieve fout, dan is de unit defect. Neem contact op met de leverancier voor een vervanging.

    Als de fout alleen aanwezig is in de historische gegevens en het apparaat normaal werkt, kan deze fout veilig worden genegeerd. Verklaring: als de eenheden voor de allereerste keer in de fabriek opstarten, dan hebben ze geen kalibratiegegevens en wordt een fout 116 gelogd. Uiteraard had dit moeten worden gewist, maar in het begin verlieten de eenheden de fabriek met dit bericht nog in de historiegegevens.

Fout 119 - Instellingen verloren
  • De lader kan zijn instelling niet lezen en is gestopt.

    Deze fout wordt niet automatisch gereset. Om het weer werkend te krijgen:

    1. Herstel het eerst naar de fabrieksinstellingen (rechtsboven in VictronConnect, klik op de drie stipjes)

    2. Koppel de lader los van alle stroombronnen.

    3. Wacht 3 minuten en schakel opnieuw in.

    4. Stel de lader opnieuw in

    Meld dit alstublieft aan de Victron leverancier en vraag om het aan Victron te melden, aangezien deze fout nooit zou mogen voorkomen. Voeg bij voorkeur de firmwareversie en andere details toe (VRM-URL, VictronConnect-schermafbeeldingen of vergelijkbaar).