Skip to main content

Handleiding energiemeter

2. Installatie en instellingen

In deze sectie:

2.1. AC-bedrading

2.1.1. Instel-opties

De instellingsoptie van ofwel de netmeter, PV-omvormer, het aggregaat of de AC-meter wordt op het GX-apparaat ingesteld. Raadpleeg, voor details over instelling van GX-apparaat het Configuratie GX-apparaat hoofdstuk. Die selectie bepaalt hoe het systeem moet worden aangesloten, en hoe de informatie die wordt ontvangen van de meter, op het scherm wordt weergegeven.

Zie onderstaande schema's voor de verschillende bedradingsopties:

2.1.2. Systeemvoorbeelden

Voorbeeldschema's
EM24_AC_Wiring_Grid_Meter.svg

EM24-bedrading 3-fasen

Opmerking

Wanneer gebruikt om een PV-omvormer te meten, moeten de aansluitklemmen 1, 4 en 7 naar de PV-omvormer gericht zijn om de juiste richting van de stroom en het vermogen te verzorgen.

Enkelfase, enkelvoudige functie

EM24_AC_Wiring_Grid_Meter_1phase.svg

EM24 aangesloten als enkelfase, enkelvoudige functie-netmeter

Let op de draadbrug tussen de aansluitklemmen 1 en 4. Deze aansluiting is niet nodig als u sensorversie AV2 gebruikt.

Het schema toont de bedrading wanneer de meter als een netmeter gebruikt wordt.

Om een enkelfase PV-omvormer in een driefasen systeem te meten, moeten alle 3 fasen op de faseringsklemmen van het net (3, 6 en 9) aangesloten worden. Je kan nu kiezen op welke fase je de PV-omvormer wilt hebben door de L1-lijn van de PV-omvormer aan te sluiten op aansluitklem 1, 4 of 7.

Enkelfase, dubbele functie

Als je overweegt een 3-fasen meter in een enkelfase installatie te gebruiken om het elektriciteitsnet op één ingang van de meter te meten en de uitgang van de PV-omvormer op een andere ingang van de energiemeter, zorg er dan voor dat de energiemeter L1 en de PV-omvormer L2 gebruikt.

Keuzeschakelaar aan de voorzijde

Verander de keuzeschakelaar aan de voorzijde zodat deze niet in de vergrendelde stand staat. Hierdoor kan de meter automatisch worden ingesteld door het GX-apparaat. De keuzeschakelaar aan de voorzijde bevindt zich naast het beeldscherm zoals aangegeven in de bovenstaande afbeelding.

2.2. Aansluiting op een GX-apparaat

2.2.1. Bekabelde verbinding met een GX-apparaat

Sluit de EM24 RS485 op het GX-apparaat aan met behulp van de RS485-naar-USB-interface.

De RS485-naar-USB-interfacekabel tussen het GX-apparaat en de energiemeter kan worden verlengd tot 100 meter. Zorg ervoor dat de verlengingen van de Data+ (oranje) en Data- (geel) draden een gedraaid paar vormen.

De onderstaande tabel toont de kleuren van de draden en hun aansluiting op de aansluitklemmen van de EM24 RS485, en de te gebruiken kleuren voor een CAT5-verlengkabel.

RS485-naar-USB

RS485-signaal

EM24 RS485 nummer aansluitklem

Aanbevolen draadkleur CAT5-verlengkabel

Oranje

Data +

42

Oranje

Geel

Data -

41

Oranje/Wit

Zwart

GND

43

Bruin

De rode, groene en bruine draden die uit de RS485-naar-USB-kabel komen, worden niet gebruikt. Knip ze af of buig ze terug en isoleer ze.

EM24_RS485_USB_GX.svg

EM24 bekabelde verbinding met een Cerbo GX met behulp van een RS485-naar-USB-interface

Om de signaalintegriteit en een betrouwbare werking te garanderen, moet er met name voor gezorgd worden dat:

  • De verlengkabel voldoet aan de minimale specificaties van de draaddoorsnede, zoals vermeld in het gegevensblad van de RS485-naar-USB-interface.

  • De verlengkabel is voorzien van gedraaide aders en een juiste afscherming.

  • De originele kabel die aan de Victron RS485 USB-interface is aangesloten is teruggebracht tot een maximale lengte van 20 cm voor installaties met een totale kabellengte van meer dan 10 m, of voor installatie/plaats waar specifieke interferentie optreedt. In dit geval moet voor de gehele kabellengte een geschikte/hoogwaardige kabel gebruikt worden en niet alleen voor de verlengkabel.

  • De bekabeling wordt gescheiden van de geïnstalleerde DC- of AC-stroomkabels van het electriciteitsnet.

  • Alle bedrading is correct afgesloten (inclusief ongebruikte draden) en goed geïsoleerd tegen weeromstandigheden en water.

  • RS485-netwerken worden traditioneel aan beide uiteinden afgesloten met een 120 Ω-afsluiting. Dit is niet nodig als de kabel kort is en u de RS485-naar-USB-lengtes gebruikt die door Victron wordt meegeleverd, maar het kan nodig zijn als de kabellengte wordt gewijzigd.

  • Raadpleeg voor gedetailleerde aanwijzignen en specificaties over bedrading/installatie het Victron Informatieblad RS485-naar-USB-interfacekabel.

2.2.2. Zigbee-aansluiting op een GX-apparaat

De EM24 RS485 kan ook draadloos worden verbonden met een GX-apparaat via onze Zigbee-naar-USB-omzetter & Zigbee-naar-RS485-omzetter.

De Zigbee-naar-USB-omzetter is verbonden met het GX-apparaat en de Zigbee-naar-RS485-omzetter is verbonden met de EM24 RS485.

  1. Sluit de Zigbee-naar-USB-omzetter op het GX-apparaat aan met behulp van de meegeleverde USB-kabel.

    Een paar seconden na het aansluiten zal het Actief-LED-lampje gaan branden en het TX/RX-LED-lampje zou moeten knipperen (de omzetter haalt zijn stroom uit het GX-apparaat, het GX-apparaat moet daarom ook ingeschakeld zijn).

  2. Sluit de Zigbee-naar-RS485-omzetter aan op de EM24 RS485 energiemeter overeenkomstig de onderstaande tabel:

    Zigbee-naar-RS485

    EM24 RS485 nummer aansluitklem

    Kleur

    GND

    43

    Zwart

    A

    42

    Oranje

    B

    41

    Geel

    Als er meerdere Zigbee-apparaten zijn geïnstalleerd, zorg er dan voor dat het Zigbee-apparaat nu ingeschakeld is: de Zigbee-naar-USB-omzetter aangesloten op het GX-apparaat. Schakel alle anderen uit. Als dit niet gedaan wordt, kan het zijn dat de Zigbee-naar-RS485-omzetter permanent wordt aangesloten op een ander Zigbee-apparaat.

  3. Verbind de 12V DC-voeding met de Zigbee tot RS485 omzetter Controleer opnieuw de LED-lampjes wanneer de stroom is ingeschakeld.

EM24_RS485_Zigbee_GX.svg

Energiemeter draadloos Zigbee-verbinding met een Cerbo GX

Opmerking over oude en nieuwe Zigbee-omzetters

Houd er rekening mee dat er nu een nieuwe Zigbee-omzetter beschikbaar is, die niet achterwaarts compatibel is met de oude omzetters. Zie onderstaande tabel voor de oude en nieuwe onderdeelnummers. Vraag de leverancier om een juiste versie, als de set niet compatibel is.

oud/nieuw

Victron-onderdeelnummer

Onderdeelnummer Zigbee-naar-RS485-omzetter

oud

ASS300400100

DRF2619C

oud

ASS300400100

DRF2618A

nieuw

ASS300420100

DRF2659C

nieuw

ASS300420200

DRF2658C

Opmerking over versies GX-firmware

Venus OS v2.54 is de minimaal vereiste softwareversie voor het nieuwe type Zigbee-omzetter.

2.3. Configuratie GX-apparaat

Na het juist aansluiten en opstarten zal/zullen de meter(s) zichtbaar zijn in het Instellingen → Energiemeters-menu van het GX-apparaat:

Energy_Meters_GX_settings_ET112_2.png

Eén energiemeter in het Energiemeters-menu

Energy_Meters_GX_settings_multiple_devices.png

Twee energiemeters in het Energiemeters-menu

Nadat er een energiemeter is geselecteerd, moet de rol- en fasetype ingesteld worden. Druk op de spatiebalk of klik met de rechtermuisknop om naar het menu voor Fase en Rol te gaan:

Energy_Meters_GX_settings_ET112_1.png

Voor de ET112 wordt alleen de optie voor een enkelvoudige fase weergegeven

Energy_Meters_GX_settings_phase_numbers.png

Afhankelijk van de toepassing wordt de rol hier ingesteld

Selecteer het type Rol of Fase en druk op de spatiebalk om wijzigingen aan te brengen:

Energy_Meters_GX_role2.png

Selecteer de rol op basis van de toepassing

Energy_Meters_GX_settings_phase_type.png

Selectiemenu voor enkelvoudige fase en meerdere fasen

Enkelfase, enkelvoudige functie and enkelfase, dubbele functie modus installatie:

EMXX_Single_Function.svg

Enkelfase, enkelvoudige functie

EMXX_Dual_Function.svg

Enkelfase, dubbele functie om net te meten op L1 en een PV-omvormer op L2

Nadat alle instellingen zijn gedaan, zal de energiemeter met de relevante gegevens verschijnen in de apparatenlijst van het GX-apparaat:

Energy_Meter_GX_device_list_2.png

Energiemeter voor het meten van AC-belastingen op de AC-uitgang van de omvormer/acculader

Energy_Meters_GX_device_list.png

Of ingesteld om het energieverbruik uit het elektriciteitsnet te meten

Klik met de rechtermuisknop of druk op de spatiebalk om naar het overzicht van de energiemeter te gaan met alle relevante gegevens over het energieverbruik en de opwekking ervan op alle fasen. Onderaan het menu kan de rol van de energiemeter worden ingesteld met behulp van het Instellingen-menu. De gegevens die voor de communicatie worden gebruikt, kunnen worden uitgelezen via het menu van het apparaat. Daar kan ook een aangepaste naam voor de energiemeter ingesteld worden:

Energy_Meters_GX_overview1_3_phase.png

Gedetailleerde overzichtspagina van een driefasen netmeter

Energy_Meters_GX_overview2_3_phase.png

Altijd op de hoogte van alle details, tot op de seconde

Energy_Meters_GX_device_settings.png

Aangepaste naam instellen

Energy_Meters_GX_role1.png

Snel van rol wisselen

2.4. Meerdere energiemeters in één systeem

Om meerdere energiemeters aan te sluiten, moet elke meter op een aparte RS485-naar-USB-interface aangesloten worden, die vervolgens worden aangesloten op een aparte USB-aansluiting op het GX-apparaat.

Er zijn 3 manieren om meerdere energiemeters aan te sluiten:

  • Elk bedraad verbonden met een aparte RS485-naar-USB-interface, die vervolgens op een aparte USB-aansluiting op het GX-apparaat worden aangesloten.

  • Twee energiemeters aangesloten op één RS485-naar-USB-interface. In dit geval moet het modbus-adres van de extra meter worden gewijzigd, zodat elke meter uniek is. Raadpleeg het volgende hoofdstuk Het modbus-adres wijzigen.

  • Draadloze verbinding: de extra meter is aangesloten op een extra Zigbee-naar-RS485-omzetter. Er is dan geen tweede Zigbee-naar-RS485-omzetter nodig. Het is dan noodzakelijk om het modbus-adres van een van de AC-sensoren te wijzigen. Raadpleeg het hoofdstuk Het modbus-adres wijzigen.

Naast het toevoegen van een extra sensor, is het in een installatie met een enkelvoudige fase ook mogelijk om de ongebruikte tweede fase te gebruiken om het vermogen van de PV-omvormer te meten. Raadpleeg in deze handleiding het hoofdstuk AC-bedrading.

2.4.1. Het modbus-adres wijzigen

  1. Druk de joystick naar beneden totdat het beeldscherm "Pass" toont. De joystick rechts op het beeldscherm, boven de keuzeschakelaar aan de voorzijde).

  2. Druk de joystick opnieuw in en laat deze onmiddellijk weer los.

  3. Druk de joystick meerdere keren naar rechts totdat "Address" verschijnt. Druk de joystick naar beneden. U kunt nu het adres aanpassen door de joystick omhoog en omlaag te drukken. Zet deze op 2.

  4. Druk de joystick nogmaals naar beneden. "Baudrate" verschijnt.

  5. Druk de joystick twee keer naar beneden. "Adres" verschijnt opnieuw.

  6. Druk naar rechts totdat "End" verschijnt.

  7. Druk naar beneden. Het beeldscherm vertoont weer de metingen.

Opmerking

Er kan slechts één extra energiemeter worden toegevoegd: het systeem werkt alleen met adres 1 (de standaard) en adres 2.